3 tips voor als je begint met vaste voeding voor je baby

De ontwikkelingsfase van een baby gaat sneller dan je denkt. Voor je het weet is je kind toe aan vaste voeding. Waar moet je op letten als je kind voor het eerst vaste voeding tot zich gaat nemen? Lees hieronder 3 tips om je voor te bereiden op vaste voeding voor je baby.

1. Begin met oefenhapjes

Veel ouders weten niet precies wanneer hun baby toe is aan vaste voeding. Dit is ook niet duidelijk aan te geven, omdat dit verschilt per baby. De ene baby is eerder toe aan vaste voeding dan een andere baby. Maar in de regel geldt dat de gemiddelde baby rond zijn 4e tot 6e maand toe is aan vaste voeding. Je kunt dit alvast uitproberen door te beginnen met oefenhapjes. Dit is een prima graadmeter om na te gaan in hoeverre je kind toe is aan vaste voeding. Met oefenhapjes tast je dus af in hoeverre je kind vaste voeding tot zich wil nemen. Het is dus nog geen totale vervanger van borstvoeding of flesvoeding. De zogenoemde overgangsperiode is de periode dat je kind beide tot zich gaat nemen. Dit kun je enkele maanden aanhouden en vervolgens kun je overgaan op vaste voeding.

Wat kun je je kind geven als het gaat om de oefenhapjes? In principe kun je het meeste wat jij ook eet wel aan je kind geven. Denk daarbij aan hapjes groente. Je kunt dan denken aan bloemkool, broccoli en ga zo maar verder. Naast groentehapjes kun je er ook voor kiezen om fruit te geven. Probeer het wel zo gezond mogelijk te houden, zeker bij de eerste hapjes. Dus geen patat, rookworst en dergelijke, maar echt gezonde hapjes.

Er zijn ook een aantal gerechten die je beter niet aan je kind kunt geven. Aangezien er risico's mee gepaard gaan. Denk daarbij aan producten met honing erin. In honing zitten stoffen die niet goed zijn voor een jonge baby. Om die reden kun je dat niet aan je baby geven. Pas daar dus mee op. Ook rauw vlees en rauwe vis kun je beter niet aan je baby geven. De reden hiervoor is dat er parasieten en bacteriën in dit vlees kunnen zitten. Voor een gezond, volwassen persoon is dat niet per se gevaarlijk, omdat het immuunsysteem dat wel tegenhoudt. Maar voor een kind in de ontwikkeling kan dit echter wel zeer gevaarlijk zijn. Dus je kunt voor de zekerheid daar het beste mee oppassen.

2. Let op voedselallergieën

Veel mensen, dus ook baby's, hebben last van een voedselallergie. Het probleem van een allergie: vaak kom je er pas achter wanneer je die allergie hebt, nadat je het hebt geprobeerd. Er is dus ook niet een duidelijk preventiemiddel voor. Je kunt je kind wel zoveel mogelijk divers voedsel aanbieden. En je moet dan kleine hapjes geven. Op die manier minimaliseer je het risico op een voedselallergie. Je kunt dus het beste eerst beginnen met het geven van verschillende groentes en fruit. Kan je baby dat aan, dan kun je ook andere soorten voeding aan je kind geven. Denk daarbij aan ei en pindakaas. Het wordt aangeraden om dit al voor de zesde maand aan je kind te geven. Van te voren is het wel verstandig om met je diëtist of arts te overleggen. Deze kan je namelijk grondig advies geven.

3. Niet veel tussendoortjes

Begint je kind eenmaal met vaste voeding? Dan is het verstandig om hem of haar niet te veel tussendoortjes te geven. We begrijpen maar al te goed dat dit zeer verleidelijk kan zijn. Je wil je kind namelijk graag verwennen. Baby's genieten dan ook erg van tussendoortjes, maar toch is het belangrijk om de tussendoortjes zoveel mogelijk te beperken. Geef je veel tussendoortjes? Dan loopt je het risico dat je kind geen honger meer heeft voor de echte maaltijden. En daar moet natuurlijk geen gewoonte van worden gemaakt. Bij het voedingspatroon van je kind moet het fundament zeer goed zijn. Als je wel tussendoortjes wil geven, doe dit dan op vaste momenten. Dan wordt er een bepaald ritme ingebouwd en kan je kind aan dat eetpatroon wennen.