Daar zaten we. Met het bord op schoot op het balkon, alsof we naar een belangrijke voetbalwedstrijd zaten te kijken. De zon scheen nog zacht, net boven de daken tegenover ons en de voorjaarswarmte bleef nog aangenaam hangen. Beneden op straat was het een drukte van jewelste, want de avondvierdaagse trok als een karavaan aan ons voorbij. Een bonte stoet kinderen en begeleiders, uitgedost in de kleuren van hun school. Een optocht van bijna een kilometer lang. Het was vier dagen feest voor onze neus. Na de scheiding ben ik uiteindelijk hier neergestreken. Een bovenwoning van drie verdiepingen. Het was wennen. Kleiner, geen tuin meer en de keuken bijvoorbeeld is oud en niet per se mijn smaak. Toch voel ik me er inmiddels thuis. Mijn eigen kleuren op de muur maakten al een hoop goed en de kinderen hebben ieder een eigen kamer en voelen zich thuis. Dat is het allerbelangrijkste. Ik heb een fijn kantoortje op zolder met uitzicht op een bos en er klinkt elke dag muziek in huis. Dat mijn nieuwe liefde hier na een tijdje kwam wonen maakte het helemaal compleet. Een plek van waaruit ik weer vooruit en omhoog kon kijken.

Zwaaien

Bovendien bracht deze stek weer nieuwe dingen met zich mee. Boven een ijswinkel wonen bijvoorbeeld (ook gevaarlijk trouwens). Maar vooral het mensen kijken op het balkon is een traktatie. Heerlijk die reuring bij de winkels beneden. De avondvierdaagse was dan ook echt een feest wat dat betreft. Elke avond nestelden we ons op het balkon. Bord op schoot en maar kijken. Al was mensen kijken an sich niet het doel. Ze zag ons al eerder en zwaaide ons van de overkant trots tegemoet. Ondertussen wijzend en kletsend tegen haar vriendinnetjes. Wij gingen staan en zwaaiden enthousiast terug. Ze lachte en liep zwaaiend van rechts naar links aan ons blikveld voorbij. Mijn hart vulde zich met blijdschap en trots. Een ritueel dat zich een aantal avonden achter elkaar afspeelde. Mijn dochter Emma (8) liep dit jaar voor het eerst mee met de 10 kilometer. Het was zwaar, maar ze was er ook trots op. Dat was elke dag dat de karavaan aan ons voorbij trok meer zichtbaar. Het moeilijkste aan de scheiding vind ik nog wel het feit dat ik mijn kinderen niet meer elke dag zie. Dat is bij tijd en wijle nog steeds heel zwaar. Ook al was de scheiding op mijn initiatief. Ook als ik van het gemis iets positiefs maak door te genieten van vrije momenten als Emma en Mads er niet zijn. Die week waren de kinderen bij hun moeder. Ik zou ze pas weer het weekend zien en daarom was het feit dat Emma elke avond voorbij wandelde een fijn extraatje. Het zijn die kleine momenten die je soms moet pakken. Heel belangrijk en waardevol. Bleef het bij zwaaien? Nee.

Een handkus en een ijsje toe

Op de laatste avond stond ik ergens langs de route tussen het publiek. In een nauw straatje, gewapend met twee rozen en zakken snoep. Twee, want Mads (5) mocht de laatste avond ook meelopen. De stoet werd vooraf gegaan door een fanfare met alles erop en eraan. Daarna weer die eindeloze stroom uitgelaten kinderen, ouders en leerkrachten. Er ontstond complete chaos in het nauwe straatje. Opstoppingen, geschreeuw, gezang en gelach. Plotseling stonden ze voor me. Ze omhelsden me allebei tegelijk en ik bukte om mijn enige zoon op te tillen en hem een kus te geven. Ik zette hem neer, omhelsde Emma en gaf ook haar een dikke zoen. Ik kon nog net de rozen en het snoep meegeven en mijn dochter toefluisteren dat ik heel trots op haar was toen mijn kinderen door de chaotische maalstroom mensen weer werden meegevoerd. Ze zwaaiden en Mads blies een handkus. Ik ging blij weer naar huis. Kocht een ijsje bij de ijssalon en nestelde me weer op het balkon. Mezelf belovend dat ik dit soort fijne contactmomentjes op waarde zou blijven schatten.

Headerfoto: Shutterstock