Ben je zwanger? Dan moet je overwegen of je je baby na de geboorte borstvoeding wil geven. In vergelijking met flesvoeding heeft borstvoeding veel voordelen. Maar soms loopt deze natuurlijke manier van voeden niet zo gemakkelijk. Beslis je om borstvoeding te geven, dan is het belangrijk om je goed te informeren. Zo vergroot je de slaagkansen aanzienlijk. Daardoor genieten je kindje en jij zelf ten volle van de intieme momenten tijdens het zogen.

Borstvoeding is de manier die de natuur voorzien heeft om je kindje te voeden. De moedermelk is na de geboorte perfect afgestemd op de behoeftes die je kindje heeft. En de samenstelling evolueert mee met de noden van je groeiende baby. Ook de hoeveelheid melk is afgestemd op de natuurlijke behoeftes tijdens de groei. Moedermelk helpt je kind bijvoorbeeld meer dan flesvoeding bij het opbouwen van het afweersysteem. Onderzoek heeft aangetoond dat kindjes die borstvoeding krijgen daardoor minder kans hebben op een oorontstekingen en maag- en darminfecties.

Ook als mama heb je voordelen bij het geven van borstvoeding

Puur fysiek zorgt het geven van de borst ervoor dat je baarmoeder samentrekt en verkleint. Dit versnelt en vermindert de kraamvloed na de geboorte. De kraamvloed, in het Latijn lochia genoemd, is een verzamelnaam voor nabloedingen na de geboorte. Geef je borstvoeding, dan versnel je dus dit proces.

Bovendien ga je door het geven van borstvoeding minder snel terug ongesteld worden. Het samenspel van hormonen die vrijkomen door het geven van borstvoeding zorgen hiervoor. Door borstvoeding te geven kom je ook sneller op natuurlijke gewicht. Je geeft letterlijk je eigen voedingsstoffen door aan je kindje.

Een affectieve band met je kind opbouwen dankzij borstvoeding

Ook gevoelsmatig heeft borstvoeding voordelen. Je bouwt al vanaf de geboorte een fijne en intieme band met je baby op. Je knuffelt je baby en het huid-op-huid contact maakt het knuffelhormoon oxytocine aan bij jouw als mama. De liefde hangt in de lucht dankzij de borstvoeding.

Bovendien is borstvoeding om een aantal redenen ook gewoon praktisch. Je hoeft je geen zorgen te maken over het steriliseren van flesjes, het aankopen van melkproducten en het zorgen dat de melk de goede temperatuur heeft.. Bovendien is moedermelk gratis en altijd voorhanden, wat toch ook leuk meegenomen is.

Mogelijke problemen met het starten van borstvoeding na de geboorte

Soms is het starten met het geven van de borst niet eenvoudig.

Samen met je baby moet je sowieso leren hoe en wanneer de voedingsmomenten het best plaatsvinden. Na de geboorte kun je echter behoorlijk uitgeput zijn. Je lichamelijke conditie kan een invloed hebben op de melkproductie en als je kindje bijvoorbeeld honger heeft terwijl jij een dutje doet, is het niet gemakkelijk om je op elkaar af te stemmen. Heb je op dat vlak problemen die na enkele dagen of weken niet verbeteren, vraag dan zeker advies aan je verloskundige of lactatiedeskundige.

Hoe werkt borstvoeding in je lichaam?

Om te weten hoe de melkvoeding tot stand komt, moeten we een kijkje nemen naar de anatomie van de borsten. Melkkliertjes in je borsten beginnen na de geboorte met het produceren van melk. Daarvoor halen de kliertjes voedingsstoffen uit je bloed. Deze stoffen worden vervolgens omgezet in moedermelk. Geef je je baby de borst, dan zorgt het zuigen aan de tepel ervoor dat er een aantal hormonen vrijkomen. Dit zijn de hormonen prolactine en oxytocine. De prolactine zorgt ervoor dat je borsten de melk aanmaken, terwijl de oxytocine de spieren rond de melkkliertjes activeert. Deze gaan zich samentrekken tijdens het zogen, waardoor de melk uit de klieren via de melkkanaaltjes naar de tepels stroomt. Dit is de zogenaamde toeschietreflex.

Informatie verkrijgen via een borstvoedingscursus

Omdat het starten met borstvoeding niet altijd even gemakkelijk is, kun je tijdens je zwangerschap een borstvoedingscursus volgen. Daarin leer je bijvoorbeeld welke houding je best aanneemt om je kindje aan te leggen. Een lactatiedeskundige geeft je alle nodige tips en tricks om goed voorbereid te zijn. Wij geven hier ook al enkele basisregels mee.

Het aanleggen van de baby

Het aanleggen van je baby aan de borst is heel belangrijk en zal voor een groot deel het succes van de borstvoeding bepalen.

Een goede aanleghouding is bovendien belangrijk voor moeder én kind. Een zwangerschapskussen kan je hier bijvoorbeeld bij helpen.

Heel belangrijk bij het aanleggen is dat je zelf op een ontspannen manier zit. Daarna leg je je baby met zijn buikje tegen jouw buik aan. De tepel moet eigenlijk in de richting van het neusje van het kind wijzen. Daarna neem je met twee vingers de borst vast rond de tepel en streel met je tepel de lippen van je kindje.

Opent je kindje zijn mond, dan kun je je baby verder tegen je aandrukken. Let er wel op dat je het hoofdje niet te hard duwt in de richting van de tepel, maar eerder het lichaam dichter brengt. Dit vergemakkelijkt het “happen” van de baby naar de borst. Tegelijkertijd blijft het neusje vrij om te ademen.

Soms kan het nodig zijn om melk af te kolven.

Lukt het niet om op de meest natuurlijke manier borstvoeding te geven, kan het afkolven van moedermelk een hulpmiddel zijn.

Als je een meerling hebt kan het geven van borstvoeding bijvoorbeeld een heel intensief proces worden.

Om het makkelijker en leefbaarder te maken kun je melk afkolven en in flesjes bewaren. Dan kan je partner bijvoorbeeld ook nu en dan eens een flesje geven.

Ga je terug aan het werk, dan kun je melk afkolven om mee te geven naar de crèche. Er zijn evenwel ook rechten omtrent borstvoeding op de werkvloer, waarover je je zeker moet informeren.

Het afkolven gebeurt met een afkolfapparaat. Dit is niet altijd even aangenaam om mee te werken, maar oefening baart kunst.

Een op de drie mama’s stopt al tijdens de eerste maand

Een op de drie mama’s stopt al tijdens de eerste maand met het geven van borstvoeding. Als voornaamste reden geldt dat dit gepaard gaat met lichamelijke klachten of dat het aanleggen niet zo goed lukt. Daardoor gaat de baby minder gemakkelijk de baby happen. Op zijn beurt blijft door de uitblijvende zuigreflex ook de productie van moedermelk een beetje achter. Daarom herhalen we dat het volgen van een borstvoedingscursus zeer interessant kan zijn.

Minstens zes maanden borstvoeding is ideaal

Gaat het wel goed met de borstvoeding, dan kun je hier best lang mee doorgaan. De Wereldgezondheidsorganisatie WHO adviseert om dit minstens zes maanden te doen. Daarna kun je ermee doorgaan zolang jij en je kindje je er goed bij voelen. Na zes maanden is het evenwel ook nodig om met vaste voeding te beginnen.

Borstvoeding afbouwen doe je best op een geleidelijke manier. Zo kun je ervoor kiezen om bijvoorbeeld een tijd lang nog enkel ’s avonds de borst te geven.

Conclusie

Borstvoeding is een natuurlijke manier om je kindje na de geboorte de meest gepaste voeding te geven. Bovendien versterkt moedermelk de immuniteit. Om het welslagen van borstvoeding te verzekeren, informeer je je best goed. Laat je bijstaan door je lactatiedeskundige. Lukt het niet zo goed, dan kun je overwegen om tijdelijk melk af te kolven. Na zes maanden kun je nog steeds doorgaan met borstvoeding, maar dan start je best ook vaste voeding beginnen geven.