Wil je je vruchtbare dagen en ovulatie berekenen? Lees dan snel verder voor meer informatie en gebruik onze gratis tool om je vruchtbare dagen te berekenen.
Als er bij jouw baby een waterhoofd wordt geconstateerd is dat vaak even slikken. Het is nooit leuk als je als kersverse ouders dit soort nieuws krijgt. Misschien was het je zelf ook al opgevallen dat het hoofdje wat aan de grote kant was of erg snel groeide. Misschien had je ook nog andere symptomen ontdekt? Wat is een waterhoofd bij je baby precies? Hoe komt het en wat kan eraan gedaan worden?
Wat is een waterhoofd?
Een waterhoofd klinkt alsof er water in het hoofd zit, maar dat is niet het geval. Het wordt zo genoemd omdat de medische term ‘hydrocefalus’ is, wat letterlijk ‘te veel water in het hoofd’ betekent. Het gaat hier niet om water, maar om hersenvocht. Doordat er te veel hersenvocht in de schedel zit, ontstaat er druk en wordt het hoofd groter.
Waarom is dat hersenvocht?
Het is heel normaal dat er hersenvocht in de schedel zit. Dit vocht is er namelijk om de hersenen te beschermen. Het grootste deel van de schedel is gevuld met hersenen en een klein deel met hersenvocht. Het hersenvocht heeft behalve een beschermende taak nog meer functies, namelijk het vervoeren van voedingsstoffen en het afvoeren van de afvalstoffen. Per dag wordt het hersenvocht ongeveer vier keer ververst. Het wordt in eerste instantie aangemaakt in de twee grote hersenkamers om daarna via de derde en de vierde hersenkamer door te stromen naar de ruimte tussen de schedel en de hersenen. Rondom de hersenen wordt dit hersenvocht ook weer afgevoerd via de hersenvliezen naar de bloedvaten. Een ingenieus natuurlijk systeem wat om een goede balans vraagt. Als het toch misgaat met deze balans tussen de aanvoer van hersenvocht en de afvoer, dan kan het gebeuren dat de hersenkamers zich gaan verwijden. Hierdoor kan een waterhoofd ontstaan.
Wat zijn de oorzaken van een waterhoofd bij je baby?
De reden waardoor een waterhoofd kan ontstaan, moeten we opdelen in twee mogelijkheden. Namelijk door oorzaken van een aangeboren waterhoofd of de oorzaken van een niet-aangeboren waterhoofd. Een aangeboren waterhoofd komt het meeste voor. Het percentage van baby’s die een aangeboren waterhoofd hebben is 1 op de 500
.Wat kunnen de oorzaken zijn van een aangeboren waterhoofd?
- Een misvorming in de kleine hersenen, namelijk het Syndroom van Arnold-Chiari. Hierdoor kan er een beknelling ontstaan. Het hersenvocht kan hierdoor niet goed doorstromen en hoopt zich op.
- Een aanlegstoornis in de hersenen, genaamd het Syndroom van Dandy-Walker. Hierbij ontbreekt een deel van de kleine hersenen en daarbij is de vierde hersenkamer groter dan dat hij zou moeten zijn. Ook dit zorgt dat het hersenvocht niet goed kan doorstromen.
- Het open ruggetje, de Spina bifida. Tijdens de zwangerschap sluit de neurale buis zich niet goed en dit is een kwalijke zaak omdat het de basis is voor het centrale zenuwstelsel. Hierdoor ontstaat het open ruggetje en een symptoom hiervan kan een waterhoofd zijn.
- De meest voorkomende oorzaak is de vernauwing van het aquaduct van Sylvius. Dit aquaduct verbindt de derde en vierde hersenkamer. Als dit aquaduct vernauwd is, heeft dat gevolgen voor de doorstroming van het hersenvocht. Er ontstaat een blokkade waardoor het hersenvocht zich ophoopt in zowel de derde hersenkamer als in de grote hersenkamers.
- Iets wat maar heel zelden voorkomt is een te grote aanmaak van hersenvocht.
- Als een baby wordt geboren met een tekort aan hersencellen zijn de hersenen kleiner en is er meer ruimte in de schedel. Dit wordt opgevuld door hersenvocht en grotere hersenkamers. Doordat er hier geen sprake is van druk op de schedel, zal zich dit niet uiten in een waterhoofd.
Wat kunnen de oorzaken zijn van een niet-aangeboren waterhoofd?
Als een waterhoofd na de geboorte ontstaat, is er meestal iets mis met de gezondheid van de baby. Mogelijke oorzaken kunnen zijn: een hersentumor, een hersenvliesontsteking of een hersenbloeding na een vroeggeboorte.
Wat zijn de symptomen van een waterhoofd?
Bij een baby is een waterhoofd snel duidelijk. Mede omdat de schedelnaden en de fontanellen nog niet gesloten zijn, kan het hoofdje snel groter worden. Als het overtollige hersenvocht tegen de hersens aandrukt, geeft dit meestal al vroeg klachten. Wat kunnen deze klachten en symptomen zijn?
- De baby heeft uitpuilende ogen
- Aderen die erg opzetten op het hoofd van de baby
- De baby is prikkelbaar, slaperig en lusteloos
- De baby drinkt minder goed
- De baby is misselijk of braakt
- De baby strekt erg veel de beentjes
- De baby kan het hoofdje niet goed opheffen als het in de buikligging ligt
- De baby heeft een ontwikkelingsachterstand
- De baby heeft last van epileptische aanvallen
- De fontanel van de baby staat erg gespannen
- Het hoofdje van de baby groeit te snel
Als de fontanellen al gesloten zijn, wordt de druk in het hoofdje ook groter. Dit kan leiden tot meer klachten, zoals hoofdpijn, sufheid, spierspasmen en problemen met het zicht.
Is een waterhoofd erfelijk?
Er zijn een paar erfelijke vormen, maar meestal is het niet erfelijk. De erfelijke vormen worden meestal geërfd via het X-chromosoom en er bestaat tegenwoordig de mogelijkheid om dit via het DNA te laten onderzoeken.
Schade aan de hersenen
Bij een waterhoofd bestaat de kans op schade aan de hersenen. Om dit te voorkomen, is het belangrijk dat er een snelle diagnose wordt gesteld en een behandeling wordt ingezet. Ook als er een vermoeden is dat de baby in je buik een waterhoofd heeft, kan er een 20-wekenecho worden gemaakt om een diagnose te stellen. Andere mogelijkheden zijn een CT-scan van het hoofdje of een MRI-scan. Tijdens het onderzoek bekijken ze de grootte van de hersenkamers en de hoeveelheid hersenvocht. Normaal zit er ongeveer 150 milliliter hersenvocht in de hersenkamer en rondom de hersenen. Te veel zwart op een CT-scan wijst op te veel hersenvocht. De hersenen worden in de kleur lichtgrijs weergegeven. Als er te veel vocht aanwezig is, wijst dit dus op een waterhoofd.
Wat kan er aan een waterhoofd gedaan worden?
Een behandeling van een waterhoofd bestaat uit een chirurgische ingreep. In de schedel wordt een drain (een kunststofbuisje) aangebracht waarmee het hersenvocht kan worden afgevoerd. Dit kan zowel intern als extern. Het plaatsen van de drain is gelukkig geen zware ingreep. Wel kunnen er later complicaties met de drain ontstaan, zoals een verstopping. Dit is de reden dat er regelmatig gecontroleerd moet worden of alles met de patiënt en de drain in orde is.
Externe drain
Een externe drain zorgt dat het hersenvocht rechtstreeks wordt afgevoerd naar een reservoir buiten het lichaam.
Interne drain
Bij een interne drain wordt er met de drain een verbinding gemaakt tussen de hersenkamer en de buikholte of met het hart. De drain zit dan dus compleet in het lichaam. Hij heeft wel een ventiel en een reservoir en het slangetje zorgt dat het hersenvocht afgevoerd wordt naar de buikholte. Als de het hersenvocht wordt afgevoerd naar het hart, dan loopt de drain via een ader in de hals.
Tijdelijke drain
Als een waterhoofd het gevolg is van een tijdelijke oorzaak, zoals een infectie kan een ruggenprik soms de druk verlagen. Ze tappen dan met de ruggenprik hersenvocht af. Soms is dit een paar keer nodig en plaatsen ze een tijdelijke drain waarmee het vocht afgevoerd wordt.
De gevolgen van een waterhoofd op de lange termijn
Wat de effecten van een waterhoofd op lange termijn zijn, hangt af van de ernst van de situatie. Soms verdwijnen de klachten na de behandeling, maar soms ook niet. In het geval wanneer de druk van het hersenvocht op de hersenen te groot is geweest of nog steeds is, kan dit leiden tot blijvende beschadigingen van de hersenen. Het kan dus gebeuren dat je kind hier een blijvende letsel aan over houdt, zoals problemen met praten, met zien, met bewegen, met het gedrag of met het denkvermogen. Hoe sneller je kind behandeld kan worden, hoe kleiner de kans op deze beschadigingen is.