Je vraagt je wellicht af of je kind op schema is wat betreft het ontwikkelen van de taalvaardigheden. In dit artikel met als titel 'De taalontwikkeling van je kleuter' wordt uitgelegd in vier verschillende fases of je kind op de juiste tijdlijn de taal ontwikkelt die van een kleuter wordt verwacht. Het geeft je een houvast en de leidraad om de taalontwikkeling van je kind op de voet te volgen.

Hoe kan je de taalvooruitgang van je kleuter meten?

Van het eerste woord tot de eerste volwaardige zin die je kind samenstelt, gaat er een hele tijd overheen om de spraak en taal bij te spijkeren. Maar hoe kan je nu als ouder weten wanneer je peuter of kleuter de juiste vooruitgang boekt. Elk kind ontwikkelt zich op zijn eigen tijdlijn. Maar de beste manier om de taalvaardigheden van je kind te helpen ontwikkelen is gewoon te praten. De beste manier om kinderen een gesprek te leren aangaan en de woordenschat te verruimen, is nog altijd dat je kind luistert naar de ouders bij je thuis. Hieronder enkele taalmijlpalen waar je bij elke leeftijd rekening mee moet houden.

De leeftijd van één jaar: kwebbelen

Je baby begint meer en meer te communiceren met jou dan te huilen. Op éénjarige leeftijd moet je kind in staat zijn om volgende taaloefeningen te doen:

Een handvol woorden brabbelen

Je peuter beschikt uiteraard op die leeftijd nog over een beperkte woordenschat, maar je kan je kind wel helpen groeien met die taalontwikkeling door te praten . Op die leeftijd is het superbelangrijk dat je dreumes 'mama' en 'papa' zegt. Na een tijdje is je kind er zich van bewust dat deze twee woorden niet verwijzen naar jou en bij wijze van spreken niet naar de hond.

Het imiteren van de stem

Hoewel je kleintje nog niet zoveel woorden uitspreekt, probeert je kind geluiden van anderen te imiteren. Na acht of negen maanden kan je baby al enkele klinkers en medeklinkers zeggen. De eerste woorden worden rond de leeftijd van twaalf maanden gevormd.

Kijk of je kind reageert als je instructies geeft

Evalueer of je kind eenvoudige richtlijnen in één stap kan opvolgen zoals bijvoorbeeld het opsteken van de armen als je het commando 'omhoog' geeft of dat je kind weet wat te doen bij het drinken van de melkfles.

Rond de leeftijd van twee jaar: uitbreiding woordenschat

De leeftijd van twee jaar is de ideale barometer voor ouders om vast te stellen of je kind vorderingen maakt met spraak of dat je nakomeling een latere prater gaat zijn. Rond deze leeftijd moet je opgroeiend kind volgende specifieke eigenschappen kunnen tonen:

De uitbreiding van de woordenschat

Wanneer je kind de leeftijd van vierentwintig maanden heeft benaderd, wordt verwacht dat je peuter ongeveer 50 woorden kan zeggen zoals 'oma', 'opa'. De leeftijdscategorie tussen twaalf en vierentwintig maanden is het meest opwindend op vlak van taalontwikkeling. Je kind moet in staat zijn om woorden te herhalen die uit de mond van één van de ouders komt.

Woorden proberen te verbinden

Je gaat merken dat je kind enkele woordgrepen probeert samen te brengen. Maar verwacht geen wonderen, want het taaltje heeft meer weg op kramerslatijn. Slechts de helft van de woorden zullen verstaanbaar zijn.

Voornaamwoorden en lichaamsdelen tonen

Stilaan begint je kind de woorden 'ik' en 'jij' te gebruiken, soms nog te pas en te onpas. Maar dat is de normale gang van zaken en daar moet je je geen zorgen over maken. Het juiste gebruik komt later wel. Op deze leeftijd moet je kind wel de lichaamsdelen van je lichaam onder de knie beginnen te krijgen. Neus, mond of ogen moet de kleuter spontaan kunnen aanwijzen.

Leeftijd rond de drie jaar: de kletskous

Vanaf drie jaar begint je kleuter zich te ontwikkelen als de onverstoorbare kletsmajoor. Ondertussen zou je kleintje volgende dingen al onder de knie moeten hebben:

Eenvoudige zinnen kunnen maken

Als de kleuterschool dichterbij komt, moet je kind verstaanbaar kunnen praten zodat je weet wat ze bedoelt wanneer er iets wordt gezegd. Voor 75 procent weet je wat je kind wil zeggen.

Stelt zinnen samen

Je kind stelt zinnen van drie tot zes woorden samen. Eenvoudige zinnen, maar met onderwerp en werkwoord in de juiste volgorde zoals 'Papa is aan het eten'.

De juiste woorden kennen

De dagen zijn definitief voorbij dat je kind naar iets wijst zonder te weten wat de benaming ervan is. Normaal moet de kleuter weten wat hij wil wanneer hij of zij een object ziet.

De leeftijd van vier jaar: de taal wordt indrukwekkend

Als vierjarige begint je woordenschat zich helemaal als 'volwassen' te gedragen. De taalontwikkeling heeft geen gelimiteerde grenzen meer en de woordenschat neemt exponentieel toe.

Het vertellen van belevenissen op school

Je kind komt uit school en begint goede samenhangende verhalen te vertellen met soms complexe zinsstructuren. Meestal moeten mensen uit de naaste omgeving de verhalen begrijpen die worden verteld.

Sommige kleuren en letters benoemen

Je kind moet enkele vormen, letter en kleuren kunnen benoemen. Als ouder zou je haast dagelijks de tijd vrij kunnen maken om bepaalde letters en kleuren in te oefenen. Hetzelfde geldt voor vormen. Enkele minuten per dag volstaat om stap per stap je doel te bereiken.

Het tijdsconcept aanleren

Het is nog te vroeg om de tijd aan te leren, maar je kan wel al de tijd beginnen aan te leren door de tijdsmomenten van de dag uit te leggen. Denk maar aan het ontbijt in de ochtend, de lunch 's middags en het diner in de avond.