Het beleven van de eerste schooldag van je kind blijft altijd heel spannend. Het is het begin van een nieuwe periode in de levensfase van jou als ouder en voor je kind. Het is belangrijk om een school en onderwijsvorm uit te kiezen die past bij je kind en volgens je geloofsovertuiging. In deze blog ‘Welke soorten onderwijs zijn er in Nederland’ zetten we alles op een rijtje om je toe te laten de juiste keuze te maken. Een goede voorbereiding kan immers nooit kwaad. Lees hieronder een overzicht.

Welke soort onderwijs is het meest geschikt voor je kind?

De leerplicht is verplicht vanaf vijf jaar in Nederland. Maar wanneer je kind de leeftijdgrens van vier jaar heeft, mag je koter al naar school. Uit de verschillende soorten onderwijs is het heel belangrijk als ouder om een schooltype en onderwijsvorm te kiezen die past bij je eigen levensvisie. Een keuze maken om het type basisschool te selecteren, doe je niet van vandaag op morgen. Je zal op voorhand eerst zelf moeten wikken en wegen waar je kind zich het beste bij voelt. Zal je nakomeling goed kunnen opschieten met nieuwe vriendjes? Zal er een match zijn tussen de juf en je kind? Zijn er bepaalde criteria waar de school aan moet voldoen? Welk type basisonderwijs is het meest geschikt voor je dreumes?

Wat leert mijn kind op de basisschool

Verschillende soorten onderwijs en basisscholen

Nederland telt verscheidene soorten basisscholen. Er wordt een onderscheid gemaakt op basis van een onderwijskundige stroming of van de uitgekozen levensovertuiging. Je kan basisscholen onderbrengen in volgende typen onderwijsvormen:

  • De klassieke openbare basisschool
  • De bijzondere basisschool volgens een bepaalde geloofsovertuiging. Die worden ook wel bijzondere confessionele scholen genoemd
  • Een algemeen bijzondere basisschool
  • Het speciaal onderwijs (so)
  • Het speciaal basisonderwijs (sbo)

Enkele kanttekeningen hierbij. De bijzondere scholen kunnen op hun beurt worden onderverdeeld in neutrale scholen of kerkelijke scholen. Voor de goede orde: speciaal onderwijs is iets helemaal anders dan bijzonder onderwijs. Het speciaal onderwijs richt zich op kinderen die speciale begeleiding nodig hebben. Kinderen met een moeilijke gedragsattitude of dove kinderen horen bij deze categorie.

De openbare basisschool

Zoals de omschrijving het zelf zegt, is deze school voor iedereen toegankelijk. Hier wordt niet vanuit een bepaalde invalshoek uitgegaan zoals een bepaalde levensovertuiging of religie. Een bestuur van een openbare basisschool mag in principe niemand weigeren en werkt over het algemeen met een pedagogisch concept. Plus minus dertig procent van de Nederlandse kinderen gaan naar deze openbare basisscholen.

De confessionele bijzondere basisscholen

In tegenstelling met openbare basisscholen, krijgen kinderen les vanuit een bepaalde overtuiging. Het is gestoeld op verschillende pijlers:

  • levensbeschouwelijk
  • vanuit religieus oogpunt

Ongeveer twee op de drie Nederlandse leerplichtigen verkiezen een bijzondere school. Ere bestaan binnen de bijzondere scholen twee stromingen: confessioneel en algemeen bijzondere basisschool. Het overgrote deel van de scholen met een geloofsovertuiging nemen studenten aan die het geloof ook niet belijden. Je moet wel bereid zijn om aan feestdagen en tradities van dat geloof deel te nemen.

Kinderen zingen liedjes op christelijke school

Uit welke confessionele bijzondere basisscholen kan je een keuze maken:

Volgende keuzemogelijkheden worden aangeboden:

  • Protestantse basisscholen
  • Christelijke basisscholen
  • Rooms-katholieke basisscholen
  • Joodse basisscholen
  • Islamitische basisscholen
  • Humanistische basisscholen
  • Oecumenische basisscholen

Alle scholen houden verschillende huishoudelijke gedragsregels erop na, meestal vanuit pedagogisch en religieus standpunt. Bij de ene zijn de gedragscodes een stuk strenger dan bij de andere. Informeer je welke gewoontes en gedragscodes zij er op nahouden.

De algemeen bijzondere basisscholen

Onder de noemer ‘algemeen bijzondere basisscholen’ verstaat men onderwijs vanuit didactisch standpunt of vanuit de overtuiging op opvoedkundig (pedagogische) gebied. Deze onderwijsvorm is gebaseerd op de zelfstandigheid van de scholier en vertrekken als basisvorm vanuit de belevingswereld van het kind. In het vakjargon wordt deze onderwijsvorm ook wel ‘vernieuwingsonderwijs’ genoemd. De bekendste schoolvoorbeelden hiervan zijn:

De laatste jaren werken speciale scholen meer en meer samen met gewone scholen. De hoofdreden ligt in het feit dat kinderen met begeleiding – die van een speciale school komen – de gelegenheid wordt aangeboden om toch naar een gewone school te kunnen gaan.

Creativiteit op de vrije school

Het speciaal onderwijs (so)

Scholen voor speciaal onderwijs wordt gegeven aan kinderen die een specifieke intensieve begeleiding nodig hebben en die een gewone basisschool onmogelijk kan aanbieden. Zij richten zich vooral op kinderen met een zintuiglijke, lichamelijke of een verstandelijke handicap. Deze gespecialiseerde scholen zijn onderverdeeld in vier clusters:

  • Cluster 1: dit zijn scholen die slechtziende of blinde leerlingen begeleiden
  • Cluster 2: speciaal onderwijs voor slechthorende of dove studenten, leerlingen met spraakmoeilijkheden of andere bepaalde communicatieve problemen
  • Cluster 3: in deze categorie worden schoolplichtigen ondergebracht die te kampen hebben met verstandelijke en lichamelijke beperkingen, leerlingen met epilepsie aanvallen, langdurig zieke leerlingen met een lichamelijke handicap en zeer moeilijk lerende leerlingen of meervoudig gehandicapte kinderen
  • Cluster 4: deze onderwijsvorm richt zich vooral op studenten met psychiatrische problemen of zeer zware gedragsproblemen

Het speciaal basisonderwijs (sbo)

Deze scholen vallen in feite onder het reguliere onderwijs. Het enige verschilpunt is dat de kerndoelen die worden nagestreefd, langer kunnen en mogen duren. De groepen in de klas zijn veel kleiner en er zijn meer onderwijsdeskundigen aanwezig om te begeleiden. Je kind kan bij een speciaal basisonderwijsschool terecht tot veertien jaar. Het is de bedoeling om zoveel mogelijk leerlingen na groep 8 te laten doorstromen naar het gewone voortgezet onderwijs. Wanneer dat uiteindelijk toch niet lukt, kan een leerling naar het speciaal voortgezet onderwijs doorstromen.