Mijn zoon is heel lief, vrolijk, sociaal, zacht, hooggevoelig en een boef. En hij heeft TOS, een taalontwikkelingsstoornis.

Wat is TOS?

TOS is de afkorting voor een taalontwikkelingsstoornis. Het is een neurocognitieve ontwikkelingsstoornis. Dit betekent dat taal in de hersenen minder goed wordt verwerkt. Als een kind TOS heeft dan heeft het grote moeite met praten en/of met het begrijpen van taal. Hierdoor loopt de taal- en spraakontwikkeling anders dan bij leeftijdsgenoten.

Een taalontwikkelingsstoornis komt bij ongeveer 5 op de 100 kinderen voor. Het komt vaker voor bij jongens dan bij meisjes. Een taalontwikkelingsstoornis is een blijvend probleem. Ongeveer driekwart van de kinderen die op 5-jarige leeftijd een diagnose TOS heeft, heeft die diagnose op 12-jarige leeftijd nog steeds.

Kind met TOS oefent met letters

Kinderen met een taalontwikkelingsstoornis vormen een gevarieerde groep. De taalproblemen kunnen variëren in ernst en aard. Het ene kind met TOS kan alleen moeite hebben met praten, terwijl een ander kind met een taalontwikkelingsstoornis problemen heeft met praten en met het begrijpen van taal.

Kinderen met een taalontwikkelingsstoornis:

Een aantal kenmerkende eigenschappen voor kinderen met een taalontwikkelingsstoornis zijn:

  • ze horen goed;
  • ze leren hun moedertaal langzaam en moeizaam;
  • ze hebben een normale intelligentie;
  • ze kunnen klanken en woorden moeilijk onthouden;
  • ze hebben moeite met de grammatica;
  • ze vinden omgaan met emoties lastig;
  • ze hebben moeite met plannen.

Al jong veel hulp nodig

Van kleins af aan loopt mijn zoon al achter in de ontwikkeling, zoals met brabbelen, kruipen, lopen en mondmotoriek (open mond). Ook van kleins af aan krijgt hij al hulp: fysiotherapie voor zijn voorkeurshouding, daarna toen hij laat begon met kruipen, en daarna weer omdat hij laat was met lopen. Ook op het kinderdagverblijf werd hij geholpen met stimuleren van kruipen, lopen, samen spelen en praten.

Baby aan het kruipen

Bevooroordeeld

Toen hij ongeveer 2 jaar oud was kreeg ik te horen dat zijn spraak achterliep. Hij zou voor zijn leeftijd al meer moeten kunnen. Ik kreeg toen het advies om testen te doen of om te starten met logopedie. Ik was eerst koppig en eigenwijs en wilde er niks van weten. Omdat ik jong moeder werd en al veel met vooroordelen te maken had gehad, schoot ik direct in de verdediging. Ik zei dat het allemaal wel goed zou komen. Ieder kind is uniek en ontwikkelt zich in zijn eigen tempo. Ik voelde me bevooroordeeld.

Niet veel later liep ik zelf tegen het probleem aan dat hij niet goed duidelijk kon maken met wat hij wilde. Dat zorgde voor frustratie bij hem en ook bij mij. Ik begreep hem niet en hij wilde graag begrepen worden, maar het lukte hem niet.

Toch logopedie

Toen heb ik toch de stap genomen om met mijn zoon naar logopedie te gaan. Twee keer per week een half uurtje. Hij vond het gelukkig leuk en maakte daar hier en daar een ontwikkeling door. Hij kreeg oefeningen mee voor zijn open mond en we kregen we tekeningen mee naar huis om samen goed te oefenen om woordjes juist uit te spreken. De logopediste gaf ook aan dat ze wat testjes wilde gaan doen. Daar dat nare gevoel weer bij mij: ik wilde er weer niks van weten. Hij is gewoon wat later dan alle andere kinderen, dacht ik.

Logopedie bij kinderen met taalontwikkelingsstoornis

Ook extra hulp op het kinderdagverblijf

Ondertussen werd het op het kinderdagverblijf voor mijn zoon ook steeds meer een probleem om met zijn leeftijdsgenoten te communiceren. Hij was niet verstaanbaar en zijn frustratie werd groter en groter. Dat zorgde ervoor dat hij veel ging brommen en huilen (waar hij heel goed in kon blijven hangen).

Dat was het moment dat hij extra hulp kreeg op het kinderdagverblijf. De ambulante begeleider kwam speciaal voor mijn zoon op de groep. Ze hielp hem bij communicatie met zijn leeftijdsgenoten, met samenspel, maar ook bijvoorbeeld met knipopdrachten. Ook communiceerde ze met de logopediste waar ze mee bezig waren en wat ze hem samen konden aanbieden.

Peuterspeelzaal met VVE verklaring

Mijn opleiding was inmiddels klaar en toen was er ook geen opvang meer nodig. Hij ging toen naar de peuterspeelzaal met een VVE-indicatie. Door deze verklaring van taalachterstand kon hij vier in plaats van twee dagdelen naar de peuterspeelzaal met extra aanbod voor zijn taal. De extra hulp voor mijn zoon ging gewoon door.

VVE

Een indicatie voor VVE, oftewel Voorschoolse en Vroegschoolse Educatie wordt doorgaans door het consultatiebureau gegeven aan kinderen met een onderwijsachterstand. Op deze manier krijgen kinderen extra uren en begeleiding op kinderdagverblijf, peuterspeelzaal of de kleuterschool.

Waarom krijgt mijn zoon geen eerlijke kans?

Tegen de tijd dat hij bijna 4 jaar zou worden werd hij geobserveerd door iemand van de nieuwe school waar ik hem voor had aangemeld, een reguliere basisschool. Na deze observatie kreeg ik te horen dat mijn zoon niet voldeed aan hun eisen (zo begreep ik het, maar later bleek dat ze hem niet konden aanbieden wat hij nodig had voor zijn taalachterstand) om te starten op hun school. Ik schrok hier van en vroeg waarom niet? Het antwoord was omdat hij nog niet duidelijk genoeg was in zijn taal. Zoals je misschien wel begrijpt, kwam dat gevoel bij mij weer boven en werd ik boos, nee eerder woest.

Waarom mocht mijn zoon niet net als alle andere kinderen starten op een gewone school? Waarom krijgt hij geen eerlijke kans? Ik wilde per se dat hij naar regulier basisonderwijs ging omdat ik dacht dat dat het juiste voor hem was.

Na veel gedoe en veel afspraken had ik het dan toch zo ver om hem een middag te laten meedraaien op de basisschool. Zodat ze met eigen ogen – dacht ik – zouden zien dat ze het fout hadden. Dat hij best mee kon komen. Puntje bij paaltje alles voor elkaar, heeft de school slecht nieuws. Ze gingen sluiten.

Kind testen op TOS

Testen, testen, testen. En toen: Een diagnose TOS

Toen hebben we hem opnieuw aangemeld voor een andere basisschool in het reguliere onderwijs. Dezelfde procedure volgde: hij werd geobserveerd en weer kwam het nieuws dat hij niet goed zou kunnen mee draaien op school. Dat was het moment dat ik begon in te zien dat ik naïef dacht en dat het gevolg was dat ik veel tegenhield in zijn ontwikkeling door mijn eigen gevoel. Door de vooroordelen die ik heb gehad belemmerde ik mijn zoon.

Ik heb toen toch ingestemd met een test. Ik had hem aangemeld bij de open cirkel van Kentalis (audiologisch centrum) in Nijmegen, om hem te laten testen op zijn spraak en zijn gedrag. Daar heeft hij verschillende mensen gezien die hem testten op zijn spraak en zijn gehoor. Uit die testen kwam bleek dat hij TOS heeft. TOS, een taalontwikkelingsstoornis, wat is dat? Ik had er nog nooit van gehoord.

Hoe kan ik mijn zoon helpen met zijn taalontwikkelingsstoornis?

Dus mijn zoon heeft TOS, een taalontwikkelingsstoornis. Ik kon me erin verdiepen, maar hoe kon ik hem hier mee helpen? Wat betekende dit, wat hield het in, en vooral: wat nu? Ik had zoveel vragen, maar mijn grootste vraag was: wat is nu de juiste school voor hem? Uiteindelijk kwamen wij uit bij wat nu Kentalis de Taalster heet. Ik heb vroeger zelf ook op die school gezeten (ik was slechthorend, had vaak buisjes en ook logopedie).

Ik was zo megablij toen ik te horen kreeg dat hij daar kon starten. En wat was dat de juiste keus. Er is geen een school die beter bij hem past. Ze bieden alles aan qua TOS en zijn taalontwikkelingsstoornis. Er is logopedie aanwezig en zelfs een fysiotherapeut indien nodig. Er zijn kleine klassen, er is een klassenassistente en de kinderen krijgen het juiste aanbod voor wat ze individueel nodig hebben. Structuur, duidelijkheid en de liefde die ze krijgen van de juffen en meesters. Hij zit hier op zijn plek met zijn taalontwikkelingsstoornis.

Zo blij!

Het heeft ook veel voor mij gedaan. Ik ben nu ouder en wijzer en meer zelfverzekerd over mijn rol als moeder, en in het leven. Mijn kanjer is nu inmiddels vijf jaar oud en hij ontwikkelt zich goed. Hij heeft vriendjes in de klas, ook met een taalontwikkelingsstoornis. Ook bieden ze vanuit school ouderavonden aan over TOS, wat je er mee kunt doen en ze helpen je om zelf een taalontwikkelingsstoornis te beleven.

We kunnen er altijd terecht met vragen. Ik kan mijn zoon nu beter begeleiden en stimuleren door hem te bieden wat hij nodig heeft. Geen drie opdrachten tegelijk, maar één voor één. Veel geduld en duidelijkheid. Ik ben blij dat ik eindelijk mijn ogen had geopend, dat iedereen eigenlijk maar het beste voor had voor mijn zoon.

Mijn zoon heeft TOS en ik ben megatrots op hem.