Wil je je vruchtbare dagen en ovulatie berekenen? Lees dan snel verder voor meer informatie en gebruik onze gratis tool om je vruchtbare dagen te berekenen.
Ongeveer 1,5% tot 2% van alle zwangerschappen is een buitenbaarmoederlijke zwangerschap. Geen klein cijfer. Het komt vaker voor bij jongere vrouwen vanaf 25 jaar. Maar wat is een buitenbaarmoederlijke zwangerschap? Hoe kan je het herkennen en wat kan men vervolgens doen? In dit artikel lees je er alles over.
Wat is een buitenbaarmoederlijke zwangerschap?
Een buitenbaarmoederlijke zwangerschap wordt ook wel eens een extra uteriene zwangerschap (EUG) genoemd. Bij zo’n buitenbaarmoederlijke zwangerschap groeit de vrucht immers niet in de uterus (de baarmoeder), maar erbuiten. Het gaat om een levensbedreigende ontwikkeling, want rond de vijfde tot veertiende week van de zwangerschap zal het vruchtje immers openscheuren en een inwendige bloeding in de buik van de moeder veroorzaken. Een te laat vastgestelde buitenbaarmoederlijke zwangerschap is tijdens het eerste trimester dan ook de belangrijkste doodsoorzaak bij zwangere vrouwen.
Tijdens de eisprong komt er bij een vrouw een eitje vrij. Via de eileider gaat het eitje op weg naar de baarmoeder en kan het worden bevrucht door een zaadcel. Normaal gesproken nestelt een bevruchte eicel zich in de baarmoederholte. Bij een buitenbaarmoederlijke zwangerschap gaat dit fout en nestelt de bevruchte eicel zich op een andere plek buiten de baarmoeder, vaak in de eileider. Dit is het geval bij ongeveer 95 tot 98% van de gevallen van een extra uteriene zwangerschap. In meer zeldzame gevallen kan het vruchtje zich echter ook nestelen in de buikholte, op de eierstokken of in de baarmoederhals.
Wat kan de oorzaak zijn van een buitenbaarmoederlijke zwangerschap?
Een van de belangrijkste oorzaken van een buitenbaarmoederlijke zwangerschap is een niet goed functionerende eileider. Maar er kunnen nog meer oorzaken zijn die de kans op een extra uteriene zwangerschap verhogen:
- Een ontsteking of resten van een ontsteking in de eileider, bijvoorbeeld door een soa
- Er is al eerder een buitenbaarmoederlijke zwangerschap geweest
- Een operatie aan de eileider
- Een mislukte sterilisatie
- Zwangerschappen bij een leeftijd boven de 35 jaar hebben een vergrote kans
- Een IVF of ICSI-behandeling
- Zwanger worden tijdens het gebruik van een spiraaltje
- Verklevingen door endometriose
- Vrouwen die roken
- Aangeboren afwijkingen
- Afwijkingen in de groei van de bevruchte eicel of afwijkingen van de spermacel
- Myomen en vleesbomen
Een op de 100 zwangerschappen loopt uit op een buitenbaarmoederlijke zwangerschap, gelukkig gaat het dus meestal wel goed. Als het wel een extra uteriene zwangerschap is, zal er een behandeling plaats moeten vinden. Voor welke behandeling er wordt gekozen, is afhankelijk van de klachten en het stadium van de zwangerschap.
Wie heeft een verhoogde kans op een buitenbaarmoederlijke zwangerschap?
Onderzoek heeft aangetoond dat een buitenbaarmoederlijke zwangerschap vaker voorkomt bij vrouwen van 25 tot 34 jaar. Ook zijn er verschillende factoren ontdekt die de kans op een buitenbaarmoederlijke zwangerschap vergroten.
Vrouwen die bijvoorbeeld al eerder een ontsteking van het kleine bekken hebben gehad (bv. bij chlamydia) of van de baarmoederhals, lopen een hoger risico. Hetzelfde geldt voor vrouwen die eerder een ingreep ondergingen aan het bekken of een koperspiraaltje gebruiken. Spijtig genoeg blijken vrouwen met een verminderde vruchtbaarheid eveneens een grotere kans te hebben op een buitenbaarmoederlijke zwangerschap. Het is daarom voor deze vrouwen belangrijk om het verloop van hun zwangerschap vanaf de eerste fase nauwgezet te volgen.
Ook vrouwen met endometriose of het prikkel bare darmsyndroom (PDS) hebben statistisch een grotere kans op een buitenbaarmoederlijke zwangerschap. Hetzelfde geldt overigens voor vrouwen die roken (actief of passief), drugs gebruiken, alcohol gebruiken tijdens de zwangerschap of eerder een abortus lieten uitvoeren.
Hoe herken je een buitenbaarmoederlijke zwangerschap?
Een buitenbaarmoederlijke zwangerschap herken je vooral door buikpijn in de onderbuik en abnormale vaginale bloedingen. Dit in combinatie met een positieve zwangerschapstest is een alarmerend signaal. Het kan echter ook optreden indien een zwangerschapstest een negatief resultaat geeft. Het herkennen van een buitenbaarmoederlijke zwangerschap is dan ook niet altijd even eenvoudig. Zeker indien de bloedingen lijken op je menstruatie, gaan er nog niet automatisch alarmbellen af.
Andere symptomen die kunnen wijzen op een buitenbaarmoederlijke zwangerschap zijn duizeligheid, braken, diarree en een daling van de bloeddruk. Ook de kleur van het vaginaal bloedverlies (vaak veel donkerder) kan een teken zijn van een buitenbaarmoederlijke zwangerschap.
Als de eileider wordt opgerekt door het vruchtje, veroorzaakt dit meestal buikpijn aan één kant. De pijn kan uitstralen naar de rug, bovenbenen of schouders. Hoe groter het embryo wordt, hoe erger de pijn wordt. Als het zich innestelt in de wand van de eileider veroorzaakt dit bloedingen. Hevig intern bloedverlies kan leiden tot misselijkheid of braken en soms zelfs flauwvallen veroorzaken.
Buitenbaarmoederlijke zwangerschap: de diagnose
Hevige buikpijn of bloedverlies kan ook op een miskraam duiden, of soms denkt men zelfs aan een blindedarmontsteking. Op basis van de klachten die je hebt en de symptomen, kan een arts echter ook een buitenbaarmoederlijke zwangerschap vermoeden. Hij zal dit verder willen onderzoeken en zal een bloedafname uitvoeren om te zien of er zwangerschapshormonen aanwezig zijn.
Vervolgens zal de arts een transvaginale echografie uitvoeren. Bij zo’n transvaginale echografie brengt de arts een sonde in via de vagina. Via deze sonde gaat de arts na of het vruchtje in de baarmoeder zit. Indien dit niet het geval is, is er sprake van een buitenbaarmoederlijke zwangerschap.
Wat te doen aan een buitenbaarmoederlijke zwangerschap?
Na de vaststelling van een buitenbaarmoederlijke zwangerschap zal de zwangerschap, al dan niet natuurlijk, worden afgebroken. Het vruchtje valt namelijk niet te redden.
In de meest ‘gunstige vorm’ vindt de arts weinig zwangerschapshormoon hCG en is het vruchtje nog erg klein. Als het zwangerschapshormoon hCG niet stijgt of al aan het dalen is, kan dit betekenen dat het lichaam zelf al bezig is om de zwangerschap te beëindigen. Dan zal het vruchtje vanzelf afsterven. Iedere week zal er een peiling van het zwangerschapshormoon plaatsvinden, net zolang totdat dit hormoon niet meer aanwezig is. Ongeveer 20% van alle vastgestelde buitenbaarmoederlijke zwangerschappen lossen zich op zo’n natuurlijke manier op.
Om alle risico’s uit te sluiten dat de zwangerschap zich toch verder ontwikkelt, kan er ook gekozen worden voor een Methotrexaat-injectie. Dit stopt de ontwikkeling van de vrucht, waarna het lichaam de zwangerschap afbreekt. Vaak volstaat een enkele behandeling met methotrexaat. De behandeling kan poliklinisch plaatsvinden.
In het meest ernstige geval zal men chirurgisch ingrijpen. Er wordt dan een laparoscopie uitgevoerd, waarbij men een incisie maakt ter hoogte van de navel. Afhankelijk van de situatie probeert men meestal om de eileider te openen en de bevruchte eicel weg te nemen (aangenomen dat de vrucht zich hier bevindt). Soms is dit echter geen optie en zal men de eileider integraal weg moeten halen.
Kan je opnieuw zwanger worden na een buitenbaarmoederlijke zwangerschap?
Ja, meestal is het gewoon mogelijk om na de eerstvolgende normale menstruatie opnieuw zwanger te worden na een buitenbaarmoederlijke zwangerschap. Zelfs met een enkele eileider kun je nog gewoon zwanger worden.
Bij een nieuwe zwangerschap is het verstandig om je direct vanaf het begin goed te laten controleren door een verloskundige of arts. Je hebt namelijk een verhoogde kans om opnieuw een extra uteriene zwangerschap te krijgen.
Psychische gevolgen
Ook al waren er weinig klachten of is de buitenbaarmoederlijke zwangerschap al afgebroken in het prille begin, het blijft een heftige en verdrietige situatie. Tenslotte dacht je echt dat dit het begin was van de ontwikkeling van je kindje en dat je over een aantal maanden een baby in je armen zou kunnen houden. Het is belangrijk dat je de tijd neemt om dit verlies te verwerken. Probeer er over te praten met je partner, familie of vrienden of schakel desnoods deskundige hulp in.
Word je opnieuw zwanger, dan zit de angst er waarschijnlijk goed in dat de bevruchte eicel zich weer op een verkeerde plek heeft genesteld. De kans is ongeveer 15%. Gelukkig is er 85% kans dat het dit keer wel goed gaat, een aanzienlijk hoger percentage dus. Het is wel verstandig om het feit dat je al eerder een buitenbaarmoederlijke zwangerschap hebt gehad vroeg aan te geven bij een verloskundige of gynaecoloog. Zij zullen dan eerder dan normaal een echo maken en je hopelijk geruststellen door aan te geven dat de zwangerschap zich nu wel in de baarmoederholte plaat